We Are Inside
Als filmmaker Farah Kassem na ruim tien jaar terugkeert in Tripoli, Libanon, treft ze haar vader in zwakke gezondheid maar met ongebroken geest. De verweduwde Mustafa is een gevierd dichter, die zweert bij de klassieke Arabische poëzie.
Ook als vader is hij traditioneel: de charmante tachtiger zou zijn dochter het liefst getrouwd zien – en noteert dat zelfs in het voorwoord van een van zijn bundels. Farah, een halve eeuw jonger, gaat daar fel tegenin, met een koppigheid waarin ze haar vader naar de kroon steekt. Maar het zijn liefdevolle botsingen, waarbij ze soms hun lachen niet kunnen inhouden.
Farah lardeert haar gemoedelijke filmdebuut We Are Inside – dat zich grotendeels afspeelt in het ouderlijk huis – met dichterlijke elementen, van de meerduidige titel tot de symboliek van een broedende duif in het vensterraam. Ondertussen gaat Mustafa’s gezondheid zienderogen achteruit, wat wordt gespiegeld in de protestgolf die op de achtergrond oprijst om het oude regime te verdrijven. In een ultieme poging de generatiekloof te dichten, schrijft Farah zelf een gedicht, dat ze onverwachts voordraagt in Mustafa’s club van oude mannelijke dichters.