Los viejos heraldos
Esperanza en Antonio ‘Tatá’ González leven in een met platen bij elkaar gehouden hutje op het Cubaanse platteland. Bijna negentig jaar oud zijn ze, maar nog steeds zelfvoorzienend. In een paar rake, prachtig gekadreerde en uitgelichte zwart-witbeelden met heel soms een vleugje kleur vertelt filmmaker Luis Alejandro Yero het verhaal van dit hoogbejaarde echtpaar.
Tatá hakt hout; hij maakt buiten een traditionele houtskooloven van aarde, terwijl Esperanza wegdommelt op de bank. De diepe groeven in hun markante gezichten zijn het resultaat van een lang, ijverig leven zonder enige luxe.
Ondertussen dringt via een gammele televisie de nieuwe tijd het leven van deze oude mensen binnen. Na een halve eeuw wordt er een nieuwe president gekozen, eentje die geen Castro heet. Samen kijken Tatá en zijn vrouw naar het nieuws. Maar wat moeten ze op hoge leeftijd nog met politieke omwentelingen? Dan maar liever het vuur van de oven brandende houden en hopen dat het naderende onweer het niet uitblaast.