Op 1 mei 1974 kunnen de Portugezen voor het eerst in lange tijd weer de Dag van de Arbeid vieren. Ze betuigen daarbij massaal hun steun aan de militaire coup die op 25 april daarvoor een eind maakte aan 48 jaar fascistische dictatuur.
Op initiatief van de Vakbond van Filmprofessionals gaan twintig filmmakers de straat op in Lissabon om die uiting van vreugde te vangen. Glauber Rocha, belangrijk regisseur van de Braziliaanse Cinema Novo, is er ook en vuurt als interviewer enthousiast vragen af op de mensen die hij ontmoet. Er is hoop op democratie en op een einde aan de koloniale oorlogen in Afrika. Er klinkt gezang, er zijn vlaggen en V-tekens, en toespraken van onder meer de latere president Mário Soares en communistenleider Álvaro Cunhal. Dat alles wordt aangevuld met – mede door amateurs gefilmde – beelden van de dag van de coup, waaronder de bevrijding van gemartelde politieke gevangenen.
Een voice-over vat intussen de voorgeschiedenis samen en benadrukt de betekenis van dit historische moment, dat in As Armas e o Povo met veel betrokkenheid is vastgelegd: het begin van de Anjerrevolutie. En ja, die anjers in geweerlopen, die zijn er ook.
Stills












