In 1968 gaat de burgeroorlog in Nigeria zijn tweede jaar in. Paul Eyam Nzie Okpokam, een jonge Nigeriaanse dramastudent, vlucht naar San Francisco. David Schickele wilde een speelfilm maken over de ervaringen van Okpokam in de nieuwe stad en castte hem in de rol van Gabriel. Tijdens zijn avonturen loopt Gabriel tegen allerlei soorten racisme aan. De motorrijder die hem een lift geeft, is een voorbode van het racistische Amerika dat de acteur later de das om zou doen. Ook het liberale Amerika van progressieve intellectuelen die Marshall McLuhan citeren, krijgt ervan langs.
Wat begint als fictief docudrama vol subtiele ironie, verandert onverwacht in een documentaire als Okpokam tijdens de filmproductie onterecht wordt gearresteerd na een staking op het San Francisco State College. “De werkelijkheid was niet vreemder dan fictie. Wel iets sneller”, zegt Schickele recht in de camera.
Schickele, van oorsprong componist en violist, gaf Engels aan de universiteit van Nigeria. Bij terugkomst maakte hij Bushman, dat op het Chicago International Film Festival in 1971 de prijs voor beste eerste speelfilm won. Zijn herontdekte film is onlangs gerestaureerd.