De jonge Ana droomt van een carrière als zangeres. Als haar vader haar een lapje grond met daarop een huis nalaat, wil ze het met een kleine lening en een opknapbeurt omtoveren tot een guesthouse, om daarmee haar opleiding te financieren.
Dan krijgt ze te maken met eeuwenoude gebruiken. In het bergdorpje Ushguli in Georgië schrijft de traditie voor dat als een familie geen zoon heeft, het land en het huis van de familie worden geërfd door een ander mannelijk familielid.
Zonder haar neef kan Ana niets. Tot haar grote frustratie eist hij de erfenis op. Terwijl de sneeuw valt, spelen de mannen een spelletje op de veranda, Ana zingt zacht een traditioneel volksliedje. Met ingetogen beelden vertelt de zorgvuldig gecomponeerde film een klein, maar krachtig verhaal over de hardnekkigheid van een patriarchaal systeem in een veranderende wereld.